Conceptmap STEM kader

De 10 dimensies van het STEM-kader voor het Vlaamse onderwijs

Het STEM-kader voor het Vlaamse onderwijs heeft de ambitie om “helderheid te scheppen”, of zoals het beschreven staat, om “de kern van Vlaamse en internationale inzichten die de afgelopen jaren rond STEM zijn gegroeid, te bundelen in een hanteerbaar instrument.” Het “wil een referentiepunt zijn, waaraan scholen hun STEM-praktijk kunnen aftoetsen.” Daartoe reikt het “10 dimensies en principes” aan, “waar elk STEM-team op kan terugvallen en mee kan verder bouwen binnen de visie en de missie van de school.” Deze 10 dimensies en principes zijn:

1.  Interactie en samengaan van de aparte STEM-componenten van het letterwoord met respect voor de eigenheid van elke component

2.    Probleemoplossend leren via toepassen van STEM-concepten en -praktijken

3.    Vaardig en creatief onderzoeken en ontwerpen

4.    Denken en redeneren, modelleren en abstraheren

5.    Strategisch gebruiken en ontwikkelen van technologie

6.    Inzicht verwerven in de relevantie van STEM op zich en voor de maatschappij

7.    Verwerven en interpreteren van informatie over en communiceren over STEM

8.    Samenwerken in teamverband

9.    STEM als drager van 21ste-eeuwse competenties

10. Innovatie

Een eerste lezing van deze dimensies maakt echter als snel duidelijk dat de items in deze lijst niet altijd eenduidig zijn en dikwijls overlappen. Het is geen kant-en-klare “afvinklijst”, geen direct inzetbaar instrument om STEM–onderwijs vorm te geven en de kwaliteit ervan te bewaken. Tijdens de netwerksessies georganiseerd door het Vlaams Lerend Netwerk STEM Secundair Onderwijs werd een nadere analyse uitgevoerd van deze dimensies. Het resultaat hiervan is een 'Concept map' waar de verbindingen tussen de dimensies voorgesteld worden: een 10 dimensionaal schema.

Een 10 dimensionaal schema

De dimensies kunnen samengevat worden in bovenstaand schema:

Centraal in STEM staan ontwerpen en onderzoeken om problemen op te lossen en fenomenen te doorgronden. Ontwerpen en onderzoeken zijn twee kanten van eenzelfde munt, het één kan niet zonder het ander. Vandaar dat dit centraal staat als de motor die het hele STEM-onderwijs zou moeten doen draaien.

Onderzoeken en ontwerpen gebeurt in authentieke, relevante  en innoverende contexten met duidelijke link naar de STEM-domeinen en de maatschappij waarin we leven en waar we de leerlingen vormen tot actief participerende burgers. De term maatschappij moet breed geïnterpreteerd worden (zoals later aangehaald in het InkleurModel en in aanbeveling 3): een abstract wetenschappelijk probleem kan immers ook maatschappelijk relevant zijn.

Om vaardig te kunnen onderzoeken en ontwerpen wordt gesteund op de 21e eeuwse vaardigheden. STEM is een domein bij uitstek om deze vaardigheden te ontplooien en verder te ontwikkelen en te verfijnen.

Het resultaat van STEM-onderwijs is enerzijds een groep jongeren die gemotiveerd en bewust kiezen voor een STEM-specialisatie als verdere carrière, en hiervoor binnen het onderwijs gemotiveerd, geselecteerd en grondig opgeleid worden voor verdere studies. Anderzijds leidt STEM-onderwijs tot een algemene STEM geletterdheid, voor alle jongeren die later een actief participerende rol willen spelen in de maatschappij van de 21e eeuw.